We weten allemaal dat devices – voor zowel professioneel als persoonlijk gebruik – onmisbaar zijn in ons dagelijkse leven. Het enige nadeel is dat ook dat de Co2-voetafdruk van deze devices vaak schadelijk zijn voor het milieu. Ondanks dat de digitale sector vooral virtueel opereert, is ze verantwoordelijk voor ongeveer 2 procent toename van het broeikaseffect. Hoe houden we de controle over onze digitale ‘carbon footprint’?
Hoe houden we de controle over onze digitale ‘carbon footprint’?
De Benchmark Green IT 2016 van het Franse Club Green IT bevat o.a. cijfers van de CO2-voetafdruk van een gemiddelde medewerker die gebruik maakt van het IT-systeem binnen een organisatie. En wat blijkt? De footprint van een medewerker staat na 1 jaar gelijk aan:
Deze resultaten kwamen tot stand na onderzoek bij negen verschillende Franse organisaties. Ruim 515.000 gebruikers, 2,6 miljoen IT en telecom apparaten en 56.400 m2 aan IT-faciliteiten werden daarbij onderzocht. De studie laat ook zien dat er reeds maatregelen worden genomen om de uitstoot verminderen. Denk hierbij aan het uitschakelen van de pc’s/docking stations zodra je naar huis gaat, het overschakelen naar zuinige datacenters en overstappen van individuele printers naar gezamenlijke printers die worden gedeeld via een draadloos netwerk.
"Hoe verklein je de digitale CO2-voetafdruk in de IT-omgeving?"
Toch is er nog flink wat ruimte voor verbetering. Bij de aankoop van elektronische apparaten dient er nog beter te worden gelet op het juiste ecolabel en het beter managen van de end of life cycles van apparaten – aangezien hergebruiken nog niet altijd wordt toegepast – zijn slechts enkele stappen die kunnen worden genomen.
Van alle parameters waar op gelet moet worden, is opslag van data een belangrijke. Uit onderzoek blijkt alleen al de data die wordt gegenereerd door IoT in 2020 ruim 600 zettabyte (zettabyte = 1021 bytes) per jaar oplevert . Dit vraagt uiteraard om meer opslagruimte (cloud), sterkere processoren en meer energie voor de datacenters. Slimmer omgaan met energie voor datacenters is dus van groot belang om niet nog schadelijker te worden voor het milieu. In Hengelo staat bijvoorbeeld al het eerste Nederlandse datacenter dat wordt gevoed door zonnepanelen en ook Microsoft stuurt in het Amerikaanse Wyoming een van haar datacenters aan met windenergie. Naast windenergie, voert de Amerikaanse computergigant ook testen uit met datacenters die zich op de zeebodem bevinden.
Van alle parameters waarop gelet moet worden, is opslag van data een belangrijke. Uit onderzoek blijkt alleen al de data die wordt gegenereerd door IoT in 2020 ruim 600 zettabyte (zettabyte = 1021 bytes) per jaar oplevert. Dit vraagt uiteraard om meer opslagruimte (cloud), sterkere processoren en meer energie voor de datacenters. Slimmer omgaan met energie voor datacenters is dus van groot belang om niet nog schadelijker te worden voor het milieu. In Hengelo staat bijvoorbeeld al het eerste Nederlandse datacenter dat wordt gevoed door zonnepanelen en ook Microsoft stuurt in het Amerikaanse Wyoming een van haar datacenters aan met windenergie. Naast windenergie, voert de Amerikaanse computergigant ook testen uit met datacenters die zich op de zeebodem bevinden.
De huidige data-explosie en opkomst van nieuwe verwerkings- en opslagmogelijkheden stelt uiteraard ook hoge eisen aan datacenters. Je wilt als bedrijf tenslotte de nieuwste- en snelste apparatuur, tegen zo laag mogelijke kosten en zo energiezuinig mogelijk. Sterke concurrentie heeft ertoe geleid dat de kosten van bijvoorbeeld processor-, opslagcapaciteit sterk zijn gedaald. Het onderhoud op de hardware vormt echter een grote uitzondering op de regel. Terwijl de hoeveelheid data alleen maar toeneemt en de hardware zelf een commodity is geworden, blijft het hardware-onderhoud een melkkoe voor de fabrikant, met name op het gebied van server, storage en netwerksystemen.
Ondanks het feit dat de budgetten onder druk staan, zijn niet alle organisaties ervan op de hoogte dat je voor dit type onderhoud niet per definitie afhankelijk bent van de fabrikant. Aangespoord door de huidige economische – en ecologische omstandigheden zijn er gespecialiseerde serviceproviders die third party maintenance aanbieden, waardoor men ook op het hardware-onderhoud een kostenbesparing realiseert.
"Wist je dat je voor IT-onderhoud niet per definitie afhankelijk bent van de fabrikant? #Thirdpartymaintenance"
Benieuwd naar de mogelijkheden? Vul ons contactformulier in en wij nemen zo snel mogelijk contact op. Een email naar info.nl@econocom.com sturen is uiteraard ook mogelijk.
