De maatschappelijke discussie over thuiswerken klinkt – ruim een jaar na corona – nog steeds zo luid dat studenten amper gehoord lijken te worden. In oktober trokken studenten nog de straat op om te protesteren: ze waren eenzaam en hadden behoefte aan méér fysieke lessen en bijeenkomsten. Hoe gaan (hoge)scholen en universiteiten een balans vinden tussen de gemakken van onderwijs op afstand en de wens naar ouderwetse schoolbanken? Die oplossing ligt waarschijnlijk in hybride onderwijs, en deze blog vertelt je de voordelen van dit mixmodel voor de toekomst.
In 2016 publiceerde de Universiteit van Utrecht al over teruglopende opkomst bij online aangeboden hoorcolleges. De uni ging op zoek naar een balans tussen wat (schijnbaar) wenselijk was voor veel professoren, en waar studenten blijkbaar behoefte aan hadden.
Marian van Gestel, toen nog onderwijsdirecteur bij één van de opleidingen aan de universiteit: “Bij cursussen die het (online, on demand colleges) aanbieden, zitten minder studenten in de zaal. De vraag is alleen of dat erg is.”
In een hybride onderwijsvorm is het mogelijk dat leraren hun lessen op inhoud plannen. Willen zij interactie met de klas, bijvoorbeeld om een discussie aan te jagen? Dan plannen zij een bijeenkomsten waar aanwezigheid van de studenten ‘verplicht’ is. Voor puur inhoudelijke kennisoverdracht kunnen zij het fysiek bijwonen van deze lessen optioneel maken. Studenten die minder moeite met de stof hebben, blijven dan thuis en kijken live- of later terug. Studenten die vragen over de stof hebben of informatie beter opslaan in een schoolbankensetting houden de mogelijkheid om het college fysiek bij te wonen: iedereen wint.
Gastcolleges waren vroeger vaak sporadische uitstapjes van de bekende naar een net even andere collega’s met dezelfde discipline of een aanverwant vak. Zo kon het zijn dat een leraar biologie eens een scheikunde collega vroeg om een les over ‘fotosynthese’ een nieuwe invalshoek te geven. Dankzij hybride onderwijs op afstand zijn er veel meer mogelijkheden die bovendien ook nog op een eenvoudige manier toe te passen zijn. Dit omdat geografische nabijheid van de gastspreker totaal geen issue meer is.
Vroeger nodigde je een gastspreker uit om je lessen te verrijken, live discussie mee te voeren of om je punten te benadrukken.
Dan was het – naast het budget – nog maar de vraag of een gerenommeerd expert een paar uur vrij kon maken om van de ene kant van de wereld naar de andere te vliegen voor een college van twee keer vijftig minuten. Nu hoeft hij mogelijk alleen een wekker te zetten. Als een docent of professor voorzien is van een goede headset en een goede camera kan hij overal ter wereld lesgeven. De ware experts krijgen zo een groter podium, elke opleiding heeft kans de kwaliteitsstandaard van zijn lessen te verhogen, doordat lesgeven op afstand veel normaler is geworden.
Het wegvallen van de noodzaak om te reizen geldt natuurlijk ook voor de studenten zelf. Hybride onderwijs dwingt instellingen van goede IT-apparatuur te voorzien, waardoor zij per definitie in staat zijn de colleges te streamen en/of op te slaan voor later gebruiken. Universiteiten en scholen zouden gek zijn als zij niets extra’s met die mogelijkheden deden.
Studenten gaan in de toekomst alleen nog maar méér gebruik
maken om ook colleges bij andere instituten te volgen.
Zo vinden ze extra verdieping te vinden in het vak van hun keuze. Een enorm gemotiveerde student die in wil zoomen op een specifiek onderdeel van zijn algemene studie, zal (bijvoorbeeld) modules bij andere universiteiten af kunnen nemen, de hoorcolleges op afstand kunnen bijwonen en deel kunnen nemen als een volwaardig cursist. En daarvoor hoeft de student geen officiële minor te volgen of te verhuizen!
Het live streamen van colleges en het vastleggen ervan in privé of publieke IT-oplossingen dwingt scholen en universiteiten om hun IT-infrastructuur altijd op orde hebben. Verouderde apparatuur of niet-werkende software zorgt in de toekomst niet alleen voor gemor onder studenten en personeel, maar ook voor ontevredenheid bij gaststudenten of gastsprekers.
Voorheen was et een luxe om hoge kwaliteitscamera’s, scherpe audiotoepassingen en snelle internetverbindingen te hebben.
Dat was eigenlijk al noodzakelijk toen onderwijs op afstand nog ‘mogelijk’ was. Maar nu hybride onderwijs de manier van de toekomst lijkt is een IT-omgeving zonder enige concessies een absolute vereiste. Want alleen met de beste IT-middelen zal hybride onderwijs slagen op een manier die voor zowel studenten als docentenbevredigend is.
Door de benodigde IT-oplossingen As-a-Service af te nemen haal je méér in huis dan alleen de apparatuur of oplossing voor wordt gekozen. Dankzij de relatie met deze business partner, die alle expertise in huis heeft, bevat de samenwerkingsovereenkomst veel meer nuttige diensten dan alleen de aanschaf van deze apparatuur. Hierdoor heb je geen extra IT-support in huis nodig.
Daarnaast ontwikkelt digitale technologie nog altijd in zo'n rap tempo, dat deze vaak alweer verouderd is als het gebruik ervan net goed onder de knie hebt. De afschrijftijd bij het kopen van IT-oplossingen is ongeveer vijf jaar. Dat wil zeggen dat je apparatuur vijf jaar ‘mee moeten kunnen’, vóór ze vervangen kunnen worden en dat is meestal te lang.
In een As-a-Service oplossing gebruiken onderwijsinstellingen
de IT-apparatuur meestal 36 maanden.
Dit betekent dat zij eerder dan de fiscale afschrijvingstermijn al kunnen vervangen. De kans om up-to-date blijven met de marktontwikkelingen en daardoor het onderwijsniveau op het juiste peil houden is daardoor veel groter.
Bovendien heeft een As-a-Service oplossing ook financiële voordelen. Zo worden de kosten over een langere periode gespreid en houd budget beschikbaar voor andere projecten, zoals het inzetten van meer gastcolleges of verdere digitalisering van de leermiddelen.